Ga naar de inhoud

Verordening inburgering Lisse 2022

Publicatiedatum:
dinsdag 28 december 2021
Originele publicatie downloaden:
Download het PDF bestand
Type bekendmaking:
algemeen verbindend voorschrift (verordening)



Verordening inburgering Lisse 2022

De raad van de gemeente Lisse

 

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van Lisse;

 

Gelet op de Gemeenschappelijke Regeling van de Intergemeentelijke Sociale Dienst (ISD) Bollenstreek;

 

Gelet op de artikelen 13 tot en met 17, 22, 23 en 26 van de Wet inburgering 2021;

BESLUIT

 

vast te stellen de:

 

Verordening inburgering Lisse 2022

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

  • 1.

    In deze verordening wordt verstaan onder:

    • asielstatushouder: de inburgeringsplichtige, bedoeld in artikel 13 eerste lid van de Wet inburgering 2021;

    • Besluit: het Besluit inburgering 2021;

    • brede intake: de brede intake, bedoeld in artikel 14 Wet inburgering 2021;

    • gemeente: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lisse;

    • gezinsmigranten en overige migranten: inburgeringsplichtigen, bedoeld in artikel 19 van de Wet inburgering 2021;

    • inburgeringsplichtige: de inwoner die volgens artikel 3 van de Wet inburgering 2021 inburgeringsplichtig is;

    • MAP: de Module Arbeidsmarkt en Participatie, bedoeld in artikel 6, eerste lid onder b van de Wet inburgering 2021;

    • PIP: het Persoonlijk plan Inburgering en Participatie, bedoeld in artikel 15 van de Wet inburgering 2021;

    • PVT: het Participatieverklaringstraject, bedoeld in artikel 6, eerste lid onder a van de Wet inburgering 2021;

    • Regeling: de Regeling inburgering 2021;

    • wet: de Wet inburgering 2021 zoals die luidt op 1 januari 2022.

Artikel 2. Kernpunten van het inburgeringstraject

Naast de regierol van de gemeente heeft de ISD Bollenstreek een centrale rol in de begeleiding en ondersteuning van de inburgeringsplichtige. Hierbij gelden de volgende kernpunten:

  • a.

    De ISD Bollenstreek bevordert dat de inburgeringsplichtige tijdig kan starten met het inburgeringstraject (tijdige start).

  • b.

    De inburgeringsplichtige rondt het inburgeringstraject binnen de termijn van drie jaar af. De ISD Bollenstreek let erop dat het traject niet langer duurt dan nodig is (snelheid).

  • c.

    De ISD Bollenstreek stelt voor iedere inburgeringsplichtige een passend traject vast (maatwerk).

  • d.

    De inburgeringsplichtige combineert zoveel mogelijk activiteiten gericht op het leren van de Nederlandse taal en op meedoen aan de maatschappij (dualiteit).

  • e.

    De gemeente stelt eisen aan de kwaliteit van het aanbod en zorgt ervoor dat die kwaliteit en de continuïteit gewaarborgd is (kwaliteit).

Artikel 3. Informatieverstrekking aan inburgeringsplichtigen

  • 1.

    De ISD Bollenstreek zorgt ervoor dat de inburgeringsplichtige passend wordt geïnformeerd over:

    • a.

      zijn of haar wettelijke rechten en plichten;

    • b.

      de aanspraken op ondersteuning en begeleiding; en

    • c.

      het aanbod aan inburgeringsvoorzieningen en de toegang hiertoe.

  • 2.

    De ISD Bollenstreek zorgt voor informatievoorziening in begrijpelijke taal en kan hierbij waar nodig gebruik maken van hulpbronnen zoals bijvoorbeeld een tolk, digitale informatie, etc.

  • 3.

    De ISD Bollenstreek past de informatievoorziening bij wijzigingen of andere signalen aan om de informatieverstrekking passend en effectief te houden. De ISD Bollenstreek beoordeelt elk jaar of de informatieverstrekking aan de inburgeringsplichtigen, met name die aan asielstatushouders, passend en effectief is. Hierover wordt aan de gemeenteraad gerapporteerd.

Artikel 4. Brede intake

  • 1.

    De ISD Bollenstreek neemt bij de inburgeringsplichtige een brede intake af. Met de informatie uit deze brede intake verkrijgt de ISD Bollenstreek een beeld van de startpositie en de ontwikkelingsmogelijkheden van de inburgeringsplichtige. De ISD Bollenstreek geeft in samenspraak met de inburgeringsplichtige en op basis van de uitkomsten van de brede intake invulling aan het inburgeringstraject.

  • 2.

    De brede intake wordt zo vroeg mogelijk afgenomen, rekening houdend met het acclimatiseren van de statushouders. Voor asielstatushouders en voor gezins- en overige migranten is dit binnen 4 weken na inschrijving in de Basisregistratie personen (BRP).

  • 3.

    De brede intake bestaat in ieder geval uit:

    • a.

      een onderzoek naar het onderwijsniveau en de werkervaring van de inburgeringsplichtige;

    • b.

      een onderzoek naar de persoonlijke omstandigheden van de inburgeringsplichtige, waaronder de fysieke en mentale gezondheid;

    • c.

      voor zover van toepassing: een verkenning van de mogelijkheden om het kind van de inburgeringsplichtige deel te laten nemen aan de voorschoolse educatie, bedoeld in artikel 1.1 van de Wet kinderopvang, of de vroegschoolse educatie, bedoeld in artikel 1 van de Wet op het primair onderwijs; en

    • d.

      een leerbaarheidstoets. Deze toets wordt uitgevoerd door de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) en begeleid door de ISD Bollenstreek.

  • 4.

    De ISD Bollenstreek brengt met de brede intake in ieder geval in kaart:

    • a.

      het taalniveau van de inburgeringsplichtige;

    • b.

      de mogelijkheden tot (arbeids)participatie;

    • c.

      de mate van zelfredzaamheid; en

    • d.

      de wensen van de inburgeringsplichtige over inburgering en arbeidsparticipatie.

  • 5.

    De ISD Bollenstreek legt de uitkomsten van de brede intake schriftelijk vast.

Artikel 5. Werkwijze brede intake

  • 1.

    De ISD Bollenstreek nodigt de inburgeringsplichtige schriftelijk uit voor de brede intake. De uitnodiging vermeldt behalve informatie over dag, plaats en tijdstip van de intake ook het volgende:

    • a.

      het doel, de werkwijze en het belang van de brede intake in het inburgeringstraject;

    • b.

      het recht om de gesprekken in het kader van de brede intake met de ISD Bollenstreek alleen te voeren of met aanwezigheid van een onafhankelijk cliëntondersteuner; en

    • c.

      de gevolgen als de inburgeringsplichtige niet bij de brede intake verschijnt of hieraan onvoldoende meewerkt.

  • 2.

    Tussen de uitnodiging voor de brede intake en de intake zelf zit maximaal 2 weken.

  • 3.

    Wanneer de inburgeringsplichtige – ook na drie oproepen – niet bij de brede intake verschijnt of onvoldoende medewerking verleent, voltooit de ISD Bollenstreek de intake zonder de inburgeringsplichtige. In dat geval onderzoekt de ISD Bollenstreek de omstandigheden van de inburgeringsplichtige aan de hand van de gegevens die wel bekend zijn, zoals:

    • a.

      de uitkomsten van de leerbaarheidstoets (als de inburgeringsplichtige daaraan heeft meegewerkt);

    • b.

      voor asielstatushouders: de gegevens uit het Taakstelling Volg Systeem (TVS) en het overdrachtsgesprek met de casemanager van het COA;

    • c.

      informatie uit het uitkeringsdossier.

Artikel 6. Persoonlijk plan Inburgering en Participatie (PIP)

  • 1.

    De ISD Bollenstreek stelt na afronding van de brede intake en op basis van de hieruit verkregen informatie het PIP op. Dit gebeurt zoveel mogelijk in samenspraak met de inburgeringsplichtige. De ISD Bollenstreek nodigt de inburgeringsplichtige binnen 2 weken na afronding van de brede intake uit voor een gesprek hierover. In ieder geval worden in dat gesprek de volgende onderwerpen besproken:

    • a.

      de uitkomsten van de brede intake;

    • b.

      de persoonlijke einddoelen van de inburgeringsplichtige in het inburgeringstraject;

    • c.

      welke leerroute als passend wordt gezien en waarom;

    • d.

      de rechten en plichten van de inburgeringsplichtige tijdens het inburgeringstraject;

    • e.

      de verwachtingen van de inburgeringsplichtige over het traject;

    • f.

      de rol van de ISD Bollenstreek bij dit traject; en

    • g.

      voor gezinsmigranten en overige migranten: het aanbod aan passend en kwalitatief goed inburgeringsonderwijs waarmee de migrant de leerroute kan volgen en voltooien.

  • 2.

    In het PIP staat wat de inburgeringsplichtige moet doen om aan de inburgeringsplicht te voldoen. Het PIP geeft een compleet beeld van de rechten en plichten van de inburgeringsplichtige gedurende het inburgeringstraject. De ISD Bollenstreek stemt het plan af op de persoonlijke situatie, ontwikkelbehoeften en capaciteiten van de inburgeringsplichtige.

  • 3.

    Het PIP heeft de vorm van een officieel besluit (beschikking). Hierin staat vermeld:

    • a.

      wat de vastgestelde leerroute is (en voor de asielstatushouder ook de intensiteit hiervan);

    • b.

      welke afspraken er zijn gemaakt over (arbeids)participatie;

    • c.

      welke ondersteuning en begeleiding de inburgeringsplichtige bij de leerroute krijgt en van welke organisatie(s);

    • d.

      welke afspraken er zijn gemaakt over vroeg- en voorschoolse educatie;

    • e.

      welke onderdelen het Participatieverklaringstraject (PVT) en de Module Arbeidsmarkt en Participatie (MAP) bevatten en de intensiteit hiervan;

    • f.

      de duur van het inburgeringstraject en het aantal voortgangsgesprekken dat de ISD Bollenstreek met de inburgeringsplichtige heeft gedurende het traject; en

    • g.

      wanneer de inburgeringsplichtige in aanmerking komt voor een bijstandsuitkering: een verwijzing naar de relevante beschikking(en) op grond van de Participatiewet. Het gaat met name om een verwijzing naar de toekenningsbeschikking van de uitkering voor levensonderhoud en het financieel ontzorgen (voor asielstatushouders) en om de verwijzing naar de beschikking waarin de arbeids- en re-integratieverplichtingen van de inburgeringsplichtige staan vermeld.

  • 4.

    De beschikkingen op grond van de Participatiewet, genoemd in artikel 6 derde lid onder g, worden bijgevoegd bij de beschikking waarmee het PIP wordt vastgesteld. Als de ISD Bollenstreek op een later moment (nog) een besluit neemt op grond van de Participatiewet, voegt de ISD Bollenstreek ook deze beschikking bij.

  • 5.

    De ISD Bollenstreek stelt het PIP vast uiterlijk binnen tien weken na inschrijving van de inburgeringsplichtige in de Basisregistratie personen (BRP) van de gemeente waar hij of zij is gehuisvest of wordt gehuisvest na verblijf in het azc. De gemeente stuurt de inburgeringsplichtige het PIP daarna zo snel mogelijk per post toe.

  • 6.

    Wanneer de inburgeringsplichtige voor wie de leerroute al is vastgesteld, verhuist naar de gemeente Lisse stelt de ISD Bollenstreek het PIP opnieuw vast binnen tien weken na de inschrijving van de inburgeringsplichtige in de BRP. De leerroute die daarbij wordt vastgesteld, is gelijk aan de leerroute zoals die door de gemeente van vertrek is vastgesteld.

Artikel 7. Leerroutes

  • 1.

    De ISD Bollenstreek bepaalt in samenspraak met de inburgeringsplichtige welke leerroute de inburgeringsplichtige moet volgen om aan de inburgeringsplicht te voldoen, namelijk

    • a.

      de B1-route;

    • b.

      de onderwijsroute; of

    • c.

      de zelfredzaamheidsroute (Z-route).

  • 2.

    De leerroute is erop gericht dat de inburgeringsplichtige:

    • a.

      de Nederlandse taal op een zo hoog mogelijk niveau afrondt; en

    • b.

      zo snel mogelijk meedoet in de Nederlandse samenleving en op de arbeidsmarkt.

  • 3.

    Een alfabetiseringstraject is onderdeel van de leerroute als uit de brede intake blijkt dat de inburgeringsplichtige analfabeet of anders gealfabetiseerd is.

  • 4.

    De ISD Bollenstreek stelt de leerroute vast op basis van:

    • a.

      de uitkomst van de leerbaarheidstoets; en

    • b.

      alle overige informatie die tijdens de brede intake is verkregen.

Artikel 8. Inhoud van de leerroutes

  • 1.

    De gemeente zorgt ervoor dat de inhoud van de leerroutes aansluit op de overige onderdelen van het inburgeringstraject.

  • 2.

    Om de leerroutes zoveel mogelijk te laten passen bij de situatie en de behoefte van de inburgeringsplichtige, zorgt de gemeente voor een gevarieerd aanbod aan leerroutes. Hierbij valt te denken aan:

    • a.

      variatie in niveau van het aanbod;

    • b.

      variatie in intensiteit van het aanbod;

    • c.

      variatie in locaties en tijden van de cursussen;

    • d.

      variatie in de vorm van geïntegreerde leerwerktrajecten.

  • 3.

    De gemeente werkt op regionaal niveau samen om een gevarieerd aanbod te kunnen doen.

Artikel 9. Participatieverklaringstraject

  • 1.

    De gemeente biedt de inburgeringsplichtige het PVT aan. Het traject duurt minimaal twaalf uur en bestaat uit twee onderdelen:

    • a.

      een inleiding in de Nederlandse kernwaarden; en

    • b.

      de ondertekening van de participatieverklaring zoals omschreven in bijlage 1 van het Besluit.

  • 2.

    De inburgeringsplichtige doet in het onderdeel inleiding in de Nederlandse kernwaarden kennis op van de belangrijkste waarden, sociale regels en grondrechten in Nederland. Het doel hiervan is het krijgen van een beter beeld van en begrip voor de Nederlandse samenleving. De gemeente bepaalt de manier waarop deze kennis wordt overgedragen.

  • 3.

    Onderwerpen waaraan in het PVT aandacht wordt besteed zijn in ieder geval:

    • a.

      het thema democratie;

    • b.

      de Nederlandse rechtsstaat;

    • c.

      het recht op zelfbeschikking;

    • d.

      de vrijheid van meningsuiting;

    • e.

      gelijkwaardige behandeling;

    • f.

      het verbod op discriminatie;

    • g.

      sociale rechten, zoals het recht op medische zorg en onderwijs;

    • h.

      de wijze waarop inwoners in Nederland met elkaar omgaan;

    • i.

      participatie en wat de samenleving hiervan verwacht; en

    • j.

      overige sociale regels en plichten in Nederland.

  • 4.

    Aan minimaal één van de onderwerpen die behandeld worden in het PVT wordt een praktische invulling gegeven in de vorm van een excursie of activiteit. Door deze activiteit leert de inburgeringsplichtige de opgedane kennis te vertalen naar de praktijk.

  • 5.

    De gemeente stemt het PVT af op de lokale situatie en behoefte, op de overige onderdelen van de inburgering en op de specifieke behoeften van de inburgeringsplichtige.

  • 6.

    De inburgeringsplichtige voltooit het PVT en sluit het af met de ondertekening van de participatieverklaring.

  • 7.

    De aanbieder van het PVT registreert of de inburgeringsplichtige aanwezig is bij de inleiding op de Nederlandse kernwaarden en bij de ondertekening van de participatieverklaring.

  • 8.

    De ISD Bollenstreek legt de afspraken over de invulling van het PVT schriftelijk vast in het PIP van de inburgeringsplichtige.

Artikel 10. Module Arbeidsmarkt en Participatie

  • 1.

    De gemeente biedt de inburgeringsplichtige de MAP aan. Het doel van deze module is dat de inburgeringsplichtige:

    • a.

      kennismaakt met de Nederlandse arbeidsmarkt;

    • b.

      inzicht krijgt in de eigen competenties en arbeidskansen;

    • c.

      een concrete beroepswens kan formuleren;

    • d.

      beroeps- en werknemerscompetenties aanleert;

    • e.

      leert hoe hij of zij een netwerk opbouwt;

    • f.

      praktische ervaring opdoet op de (lokale) arbeidsmarkt; en

    • g.

      werk vindt.

  • 2.

    De ISD Bollenstreek houdt bij het vaststellen van de inhoud en het aantal uren van de MAP rekening met de vermogens, capaciteiten en ontwikkelbehoeften van de inburgeringsplichtige en de situatie op de lokale arbeidsmarkt.

  • 3.

    De ISD Bollenstreek legt de afspraken over de invulling van de MAP schriftelijk vast in het PIP van de inburgeringsplichtige.

  • 4.

    De inburgeringsplichtige besteedt ten minste veertig uren van de MAP aan het opdoen van praktische ervaring op de arbeidsmarkt.

  • 5.

    De MAP wordt afgesloten met een eindgesprek tussen de inburgeringsplichtige en de aanbieder van de MAP. Besproken worden: de opgedane kennis, vaardigheden en praktijkervaring van de inburgeringsplichtige.

  • 6.

    De ISD Bollenstreek beoordeelt op basis van dit gesprek of de inburgeringsplichtige voldoet aan de doelstelling en gestelde urennorm van de MAP. De ISD Bollenstreek houdt bij deze beoordeling rekening met de capaciteiten en vermogens van de inburgeringsplichtige.

  • 7.

    De inburgeringsplichtige ontvangt binnen 2 weken een schriftelijk verslag van het eindgesprek.

Artikel 11. Inburgeringsaanbod asielstatushouders

  • 1.

    De gemeente biedt de asielstatushouder zo spoedig mogelijk na vaststelling van het PIP een cursus of opleiding aan waarmee de asielstatushouder kan voldoen aan de vastgestelde leerroute.

  • 2.

    De gemeente besteedt de uitvoering van het genoemde in lid 1 uit aan de ISD Bollenstreek.

  • 3.

    Met het inburgeringsaanbod kan de asielstatushouder:

    • a.

      de Nederlandse taal leren op het voor hem of haar hoogst mogelijke niveau;

    • b.

      kennis opdoen over de Nederlandse maatschappij, zoals over normen en waarden, omgangsregels, de Nederlandse geschiedenis, het onderwijssysteem en de gezondheidszorg;

    • c.

      zich voorbereiden op actieve participatie in de samenleving en op de arbeidsmarkt.

  • 4.

    Het inburgeringsaanbod sluit aan bij de capaciteiten, persoonlijke omstandigheden en mogelijkheden van de asielstatushouder.

Artikel 12. Kwaliteit van het inburgeringsaanbod en de leerroutes

  • 1.

    Voor de kwaliteit van het inburgeringsaanbod voor asielstatushouders gelden de volgende uitgangspunten:

    • a.

      De gemeente zorgt voor een kwalitatief goed aanbod aan cursussen, opleidingen en andere (participatie)activiteiten waarmee de asielstatushouder aan de leerroute kan voldoen. De gemeentezorgt ook voor continuïteit in het aanbod.

    • b.

      Cursusinstellingen die het taalonderwijs binnen de B1-route en de Z-route verzorgen moeten in het bezit zijn van een certificaat of keurmerk zoals bedoeld in artikel 16 lid 3 van de wet. Taalschakeltrajecten moeten voldoen aan de eisen die voortvloeien uit artikel 8 lid 2 van de wet.

Artikel 13. Voortgang inburgering

  • 1.

    De ISD Bollenstreek volgt de vorderingen van de inburgeringsplichtige tijdens het inburgeringstraject en houdt in de gaten of het traject nog passend is. De ISD Bollenstreek voert hiervoor periodiek voortgangsgesprekken met de inburgeringsplichtige zolang het inburgeringstraject loopt.

  • 2.

    Gedurende de eerste twaalf maanden na aanvang van de inburgeringstermijn vinden minimaal twee voortgangsgesprekken plaats.

  • 3.

    Ter voorbereiding op deze gesprekken wint de ISD Bollenstreek informatie in bij de organisaties die bij het traject betrokken zijn, bij cursusinstellingen, werkgevers en andere personen.

  • 4.

    Tijdens het gesprek komen de afspraken uit het PIP aan bod. Met de inburgeringsplichtige wordt besproken of de onderdelen nog aansluiten bij de capaciteiten, de behoeften en de persoonlijke situatie van de inburgeringsplichtige. Het gaat daarbij om:

    • a.

      de afgesproken leerroute;

    • b.

      de ondersteuning en begeleiding tijdens het inburgeringstraject;

    • c.

      de intensiteit van de verschillende onderdelen van het traject;

    • d.

      de participatie-activiteiten;

    • e.

      de vorderingen en inzet van de inburgeringsplichtige; en

    • f.

      voor de inburgeringsplichtige die de B1-route volgt: of het taalniveau van deze leerroute voldoende aansluit.

  • 5.

    De ISD Bollenstreek kan een andere leerroute vaststellen als sinds de start van de inburgeringstermijn, zoals bedoeld in artikel 11, eerste lid van de wet, nog geen anderhalf jaar verstreken is. In bijzondere omstandigheden die de inburgeringsplichtige betreffen kan van deze termijn worden afgeweken.

  • 6.

    Op basis van de uitkomst van een voortgangsgesprek kan de ISD Bollenstreek voor de inburgeringsplichtige die de B1-route volgt, bepalen dat de mondelinge en schriftelijke vaardigheden in de Nederlandse taal geheel of gedeeltelijk op het niveau A2 worden geëxamineerd. Dit kan alleen wanneer de inburgeringsplichtige:

    • a.

      ten minste zeshonderd uren taalles heeft gevolgd bij een instelling die voldoet aan de kwaliteitseisen zoals vastgesteld in artikel 32 van de wet; en

    • b.

      zich gedurende deze taallessen voldoende heeft ingespannen. Hierover wordt informatie opgevraagd bij de cursusinstelling die de taallessen verzorgt voordat een besluit wordt genomen.

  • 7.

    De ISD Bollenstreek maakt een verslag van ieder voortgangsgesprek, de inburgeringsplichtige wordt op de hoogte gebracht van het verslag en kan dit inzien.

  • 8.

    Op basis van de uitkomst van deze gesprekken past de ISD Bollenstreek zo nodig (onderdelen van) het PIP aan en stelt dan het PIP opnieuw per beschikking vast.

Artikel 14. Maatschappelijke begeleiding van de asielstatushouder

  • 1.

    De gemeente zorgt ervoor dat de asielstatushouder maatschappelijke begeleiding krijgt. Deze begeleiding is erop gericht:

    • a.

      de asielstatushouder kennis over de praktische organisatie van de Nederlandse samenleving te verschaffen;

    • b.

      de asielstatushouder te begeleiden en te ondersteunen, met de bedoeling om zijn of haar zelfredzaamheid en participatie te vergroten; en

    • c.

      randvoorwaarden te scheppen, zodat de asielstatushouder tijdig met het inburgeringstraject kan starten.

  • 2.

    De maatschappelijke begeleiding bestaat in ieder geval uit:

    • a.

      praktische hulp bij het regelen van basisvoorzieningen zoals wonen, zorg, werk, inkomen, verzekeringen en onderwijs;

    • b.

      een kennismaking met de woonomgeving;

    • c.

      passende voorlichting over de basisvoorzieningen in de Nederlandse samenleving; en

    • d.

      een kennismaking met maatschappelijke organisaties die voor de inburgeringsplichtige van belang zijn.

  • 3.

    De begeleiding start zo spoedig mogelijk na koppeling van de asielstatushouder aan de gemeente, maar in ieder geval op de dag dat de asielstatushouder in de basisregistratie personen (BRP) in de gemeente staat ingeschreven en daadwerkelijk in de gemeente woont.

  • 4.

    De aanbieder van maatschappelijke begeleiding stemt de inhoud en duur van de maatschappelijke begeleiding af op het startniveau, de vaardigheden, de persoonlijke omstandigheden en de maatschappelijke positie van de asielstatushouder.

Artikel 15. Handhaving

  • 1.

    De ISD Bollenstreek stelt in heldere, begrijpelijke taal de brieven en informatie op.

  • 2.

    De ISD Bollenstreek voert gesprekken waar nodig met behulp van een tolk, om de informatie over de inburgering zo op maat mogelijk over te brengen.

  • 3.

    De ISD Bollenstreek legt uit wat het inburgeringstraject inhoudt, wie daarbij betrokken zijn en het belang van de gemaakte afspraken.

  • 4.

    De ISD Bollenstreek informeert de inburgeringsplichtige over de gevolgen van het niet houden aan de afspraken of verplichtingen.

  • 5.

    De inburgeringsplichtige is verplicht om:

    • a.

      na de oproep te verschijnen bij de brede intake en hieraan mee te werken; en

    • b.

      de afspraken in het PIP na te komen, waaronder deelname aan voortgangsgesprekken en aan activiteiten in het kader van de MAP en het PVT.

  • 6.

    De asielstatushouder is daarnaast ook verplicht deel te nemen aan de taallessen en andere activiteiten van de gevolgde leerroute.

Artikel 16. Handhaving verplichtingen bij de brede intake

  • 1.

    Wanneer de inburgeringsplichtige na de eerste oproep voor de brede intake (zonder vooraf een opgave van geldige reden) niet verschijnt of onvoldoende meewerkt, geeft de ISD Bollenstreek een schriftelijke waarschuwing. De ISD Bollenstreek wijst daarbij op de gevolgen voor de inburgeringsplichtige als hij of zij opnieuw niet verschijnt na een oproep of als hij of zij op een andere manier onvoldoende meewerkt aan de brede intake. De ISD Bollenstreek nodigt de inburgeringsplichtige opnieuw uit om te verschijnen binnen 2 weken.

  • 2.

    Wanneer de inburgeringsplichtige na deze volgende oproep niet verschijnt of onvoldoende meewerkt, legt de ISD Bollenstreek de inburgeringsplichtige een boete op. De hoogte van de boete is vastgesteld in artikel 7.1.1 van het Besluit.

  • 3.

    Voordat de ISD Bollenstreek een boete oplegt, wordt onderzocht waarom de inburgeringsplichtige niet komt of onvoldoende meewerkt. De inburgeringsplichtige krijgt in een gesprek hierover de gelegenheid een verklaring te geven. Wanneer de inburgeringsplichtige niet verschijnt bij dit gesprek, biedt de ISD Bollenstreek hem of haar de gelegenheid zijn of haar zienswijze binnen 10 werkdagen schriftelijk kenbaar te maken.

  • 4.

    De ISD Bollenstreek legt geen boete op wanneer aannemelijk is dat iedere verwijtbaarheid ontbreekt.

  • 5.

    De ISD Bollenstreek legt een lagere boete op dan vastgesteld in artikel 7.1.1 van het Besluit als op basis van de reactie van de inburgeringsplichtige aannemelijk is dat de boete vanwege bijzondere omstandigheden te hoog is.

  • 6.

    In de brief (beschikking) waarmee de boete wordt opgelegd, nodigt de ISD Bollenstreek de inburgeringsplichtige opnieuw uit om binnen 2 weken alsnog te verschijnen of mee te werken. Wanneer de inburgeringsplichtige hieraan niet voldoet, legt de ISD Bollenstreek weer een boete op met inachtneming van artikel 7.1.1 van het Besluit.

Artikel 17. Handhaving tijdens het inburgeringstraject

  • 1.

    De ISD Bollenstreek legt een boete op als de inburgeringsplichtige de afspraken in het PIP tijdens het inburgeringstraject verwijtbaar niet of onvoldoende nakomt.

  • 2.

    De ISD Bollenstreek legt de asielstatushouder een boete op als hij verwijtbaar niet of onvoldoende deelneemt aan de activiteiten van de gekozen leerroute.

  • 3.

    Voordat de ISD Bollenstreek een boete oplegt, wordt onderzocht waarom de afspraken in het PIP of de afspraken over de activiteiten bij de gekozen leerroute niet zijn nagekomen. De inburgeringsplichtige krijgt in een gesprek hierover de gelegenheid een verklaring te geven. Wanneer de inburgeringsplichtige niet verschijnt bij dit gesprek, biedt de ISD Bollenstreek hem of haar de gelegenheid zijn of haar zienswijze binnen 5 werkdagen schriftelijk kenbaar te maken.

  • 4.

    Op basis van het gesprek met de inburgeringsplichtige dan wel zijn of haar schriftelijke zienswijze bepaalt de ISD Bollenstreek de mate van verwijtbaarheid. Als er sprake is van opzet, van grove schuld, van normale verwijtbaarheid of van verminderde verwijtbaarheid stemt de ISD Bollenstreek de hoogte van de boete daarop af met inachtneming van artikel 7.1 van het Besluit.

  • 5.

    De ISD Bollenstreek legt geen boete op wanneer aannemelijk is dat iedere verwijtbaarheid ontbreekt.

Artikel 18. Samenhang met handhaving op grond van de Participatiewet

  • 1.

    Wanneer een inburgeringsplichtige een bijstandsuitkering (Participatiewet) ontvangt en zich niet houdt aan verplichtingen en afspraken uit het PIP, waarin de nadruk ligt op het bevorderen van participatie en het verkleinen van de afstand tot de arbeidsmarkt, vindt bij voorkeur verlaging van de uitkering plaats op grond van artikel 18 Participatiewet en de verordening zoals bedoeld in artikel 8 eerste lid onder a Participatiewet. Het gaat hierbij om verplichtingen en afspraken anders dan in het aanbod in de MAP. De ISD Bollenstreek legt voor dezelfde gedraging dan geen bestuurlijke boete op grond van de wet op.

  • 2.

    Wanneer een inburgeringsplichtige die een bijstandsuitkering ontvangt zich niet houdt aan verplichtingen en afspraken in het PIP, waarin de nadruk ligt op het vergroten van de taalbeheersing en aan overige afspraken en verplichtingen in het PIP, legt de ISD Bollenstreek bij voorkeur een boete op grond van de wet op. De ISD Bollenstreek verlaagt in dat geval voor dezelfde gedraging de bijstandsuitkering niet.

  • 3.

    Bij de keuze tussen 1) handhaving op grond van de Participatiewet door een verlaging van de uitkering en 2) handhaving op grond van de wet via een boete weegt de ISD Bollenstreek ook af welke wijze van handhaving, rekening houdend met de gevolgen hiervan voor de inburgeringsplichtige, naar haar oordeel het best bijdraagt aan het beoogde effect, te weten het succesvol voltooien van het inburgeringstraject.

  • 4.

    In de brief (beschikking) aan de inburgeringsplichtige vermeldt de ISD Bollenstreek of er een boete op grond van de wet wordt opgelegd of dat de uitkering wordt verlaagd op grond van de Participatiewet.

  • 5.

    Wanneer de inburgeringsplichtige een boete op grond van de wet wordt opgelegd in de periode dat de ISD Bollenstreek aan de inburgeringsplichtige een uitkering verstrekt, dan kan de ISD Bollenstreek de boete met de uitkering verrekenen. De ISD Bollenstreek houdt hierbij rekening met een fictieve draagkracht van 5 procent van bijstandsnorm die van toepassing is, inclusief vakantietoeslag.

Artikel 19. Intrekking

  • 1.

    De ‘Verordening inburgering ISD 2015’ wordt ingetrokken. Zij blijft wel van toepassing op degene die op grond van de Wet inburgering inburgeringsplichtig is op de dag voorafgaand aan de inwerkingtreding van de wet.

Artikel 20. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2022.

  • 2.

    Deze verordening wordt genoemd: Verordening inburgering Lisse 2022.

     

Aldus besloten in de raadsvergadering van 23 december 2021,

Mevrouw drs. M.G.J. Veeger

griffier

Mevrouw A.W.M. Spruit

voorzitter

Ga naar het begin